Windows CE Basics

Programma's starten
Contextafhankelijke Help gebruiken
Een contextmenu openen
Pictogrammen op de taakbalk
Schakelen tussen menu's en werkbalkknoppen
Een bestand naar een geheugenkaart verplaatsen
Windows Verkenner gebruiken
Pocket Internet Explorer gebruiken
Belangrijke gegevens beveiligen
Index


Programma's starten

Als u een programma wilt openen dat niet op het bureaublad staat, selecteert u het menu Start, selecteert u Programma's en selecteert u vervolgens de programmanaam.



Contextafhankelijke Help gebruiken

Een contextmenu openen


Pictogrammen op de taakbalk

Afhankelijk van de fabrikant van het apparaat kunnen de volgende pictogrammen in het statusgebied van de taakbalk worden weergegeven.

Pictogram met de accustatus
PictogramDefinitie
Spanning reserveaccu is laag
Spanning reserveaccu is erg laag
Hoofdaccu's worden opgeladen
Spanning hoofdaccu's is laag
Spanning hoofdaccu's is erg laag
Er is een externe voedingsbron aan gesloten
Pictogrammen met de verbindingsstatus
PictogramDefinitie
Inbelverbinding
Directe verbinding

    Zie ook
    De taakbalk verbergen
    Instellingen van de taakbalk wijzigen


    Schakelen tussen menu's en werkbalkknoppen

    Gebruik de schuifknop om de weergave van menu's en de werkbalk te regelen.



    Een bestand naar een geheugenkaart verplaatsen

    1. Open het bestand dat u wilt verplaatsen.
    2. Selecteer Bestand > Opslaan als.
    3. Sla het bestand op in de map met de naam van de geheugenkaart.


    Windows Verkenner gebruiken

    Windows Verkenner werkt op uw mobiele apparaat bijna hetzelfde als op uw pc. Zie de volgende onderwerpen voor informatie over de verschillen in Windows Verkenner op uw apparaat.

    Navigeren in de bestandsweergave
    Bestanden als pictogrammen of lijsten bekijken
    Werken met bestanden en mappen
    Snelkoppelingen op het bureaublad maken
    Naar het Internet gaan


    Navigeren in de bestandsweergave

    Naar de vorige of volgende map gaan
    Het menu Ga naar gebruiken


    Naar de vorige of volgende map gaan

    Het menu Ga naar gebruiken

    Bestanden als pictogrammen of lijsten bekijken
    1. Als u pictogrammen wilt weergeven, selecteert u Beeld > Grote pictogrammen of Kleine pictogrammen.
    2. Als u een lijst wilt weergeven, selecteert u Beeld > Details.


    Werken met bestanden en mappen Een nieuwe map maken
    Een map toevoegen aan de lijst Favorieten
    Een bestand via infrarood verzenden


    Een nieuwe map maken
    1. Open de map waarin u de nieuwe map wilt plaatsen.
    2. Selecteer Bestand > Nieuwe map.


    Een map toevoegen aan de lijst Favorieten.
    1. Open de map.
    2. Selecteer Favorieten > Toevoegen aan Favorieten.
    3. Typ in het vak Naam de naam voor de snelkoppeling.
    Tips

    Een bestand via infrarood verzenden


    Snelkoppelingen op het bureaublad maken
    1. Geef het bestand of de webpagina weer waarvoor u een snelkoppeling wilt maken.
    2. Selecteer Bestand > Verzenden naar.
    3. Selecteer Bureaublad als snelkoppeling.


    Naar het Internet gaan

    Pocket Internet Explorer gebruiken

    Pocket Internet Explorer
    Verbinding maken
    Websites zoeken en bekijken
    Webpagina's opslaan, in cache plaatsen en kopiëren
    Beveiligingsfuncties gebruiken
    De weergave van Pocket Internet Explorer wijzigen
    Index


    Pocket Internet Explorer

    Met Pocket Internet Explorer kunt u webpagina's van het Internet of een intranet op uw apparatuur bekijken. U hebt een modem of een Ethernet-kaart nodig om verbinding te maken met een Internet-provider of een netwerk.

    Zie ook
    Verbinding maken


    Verbinding maken Verbinding maken met het Internet
    Een automatische Internet-verbinding instellen
    Een proxyserver instellen
    Cookies inschakelen


    Verbinding maken met het Internet

    Voordat u webpagina's kunt bekijken, dient u een externe verbinding met de Internet-provider of het netwerk in te stellen. Zie Externe verbindingen als u nog geen verbinding met de Internet-provider of het netwerk hebt ingesteld.

    1. Selecteer Start > Programma's > Communicatie > Extern netwerk. Dubbeltik of dubbelklik op de verbinding die u wilt gebruiken.
    2. Voer alle benodigde gebruikersgegevens in. Als u de wijze wilt aanpassen waarop het nummer wordt gekozen, selecteert u Kieseigenschappen.
    3. Selecteer Verbinden.

    Opmerking Als u problemen hebt met het maken van een verbinding, moet u misschien een proxyserver gebruiken voor de toegang tot het Internet.

    Zie ook
    Een proxyserver instellen


    Een automatische Internet-verbinding instellen

    Als u een automatische Internet-verbinding instelt, wordt de externe verbinding die u hebt gekozen automatisch gebruikt wanneer Pocket Internet Explorer toegang nodig heeft tot het Internet of een bedrijfsnetwerk.

    1. Selecteer Beeld > Opties > tabblad Automatisch kiezen.
    2. Selecteer Automatisch verbinden.
    3. Geef de externe verbinding op die moet worden gebruikt.
    4. Als u de verbinding met het Internet automatisch wilt verbreken na een bepaalde tijd waarin het apparaat niet actief is (niet is gebruikt), selecteert u Automatisch verbreken.
    5. Voer bij Verbreken indien niet-actief gedurende in hoe lang het apparaat niet actief moet zijn geweest, voordat de verbinding met het Internet wordt verbroken.
    Zie ook
    Verbinding maken met het Internet


    Een proxyserver instellen

    Proxyservers worden vaak gebruikt voor een verbinding met het Internet via een lokaal netwerk, bijvoorbeeld een bedrijfsnetwerk, voor extra beveiliging.

    1. Selecteer Beeld > Opties > tabblad Proxyserver.
    2. Selecteer Proxyserver gebruiken.
    3. Voer het adres en de poort van de proxyserver in. Raadpleeg de netwerkbeheerder voor meer informatie.
    4. Als u de proxyserver wilt negeren voor lokale adressen, zoals pagina's van een intranet, selecteert u Proxy negeren voor lokale adressen.
    Zie ook
    Verbinding maken met het Internet
    Beveiligingsopties selecteren


    Cookies inschakelen

    Een cookiebestand bevat informatie over uw identiteit en uw voorkeuren zodat een website informatie kan aanpassen aan uw behoeften. De website verzendt het cookiebestand en het wordt opgeslagen op uw mobiele apparaat.

    1. Selecteer Beeld > Opties > tabblad Geavanceerd.
    2. Selecteer Cookies inschakelen.
    Zie ook
    Beveiligingsopties selecteren


    Websites zoeken en bekijken Een Internet-site zoeken
    Naar een Internet-adres gaan
    Eerder bezochte sites bekijken
    Favorieten toevoegen en bekijken
    Webpagina's bekijken
    Huidige pagina vernieuwen
    Het laden van een pagina stoppen
    Eigenschappen van huidige pagina bekijken
    HTML-broncode bekijken
    Instellingen van start- en zoekpagina wijzigen


    Een Internet-site zoeken Zie ook
    Instellingen van start- en zoekpagina wijzigen


    Naar een Internet-adres gaan
    1. Selecteer Beeld > Adresbalk als de adresbalk niet is weergegeven.
    2. Voer het adres in.
    3. Druk op ENTER.
    Zie ook
    Favorieten toevoegen en bekijken
    Webpagina's bekijken


    Eerder bezochte sites bekijken
    1. Selecteer Ga naar > Geschiedenis.
    2. Selecteer de pagina die u wilt bekijken.
    Zie ook
    Favorieten toevoegen en bekijken
    Naar een Internet-adres gaan


    Favorieten toevoegen en bekijken
    1. Ga naar de pagina die u wilt toevoegen.
    2. Selecteer Favorieten > Toevoegen aan Favorieten.
    3. Zoek als het nodig is de gewenste map.
    4. Bevestig of wijzig de naam.

    Opmerking Als u uw favorieten wilt ordenen, selecteert u Favorieten > Favorieten indelen.

    Zie ook
    Naar een Internet-adres gaan
    Eerder bezochte sites bekijken


    Webpagina's bekijken Zie ook
    Huidige pagina vernieuwen
    Het laden van een pagina stoppen


    Huidige pagina vernieuwen
    Zie ook
    Webpagina's bekijken
    Het laden van een pagina stoppen


    Het laden van een pagina stoppen Zie ook
    Webpagina's bekijken
    Huidige pagina vernieuwen


    Eigenschappen van huidige pagina bekijken
    1. Selecteer Bestand > Eigenschappen.
    2. Als u het protocol of het type, de grootte en het adres van de pagina wilt bekijken, selecteert u het tabblad Algemeen.
    3. Als u de beveiligingsgegevens van de pagina wilt bekijken, selecteert u het tabblad Beveiliging.


    HTML-broncode bekijken
    1. Terwijl u de pagina bekijkt, selecteert u Bestand > Opslaan als en slaat u het bestand op als een .txt-bestand.
    2. Open het bestand in een tekstverwerker, bijvoorbeeld WordPad.


    Instellingen van start- en zoekpagina wijzigen
    1. Open de pagina die u als start- of zoekpagina wilt gebruiken.
    2. Selecteer Beeld > Opties > tabblad Standaardpagina's.
    3. Selecteer in de lijst de optie Startpagina of Zoekpagina.
    4. Selecteer Huidige pagina gebruiken als de huidige pagina de standaardpagina moet worden.
    Opmerking Als u de standaardpagina weer wilt gebruiken, selecteert u Standaardpagina gebruiken. Zie ook
    Een Internet-site zoeken


    Webpagina's opslaan, in cache plaatsen en kopiëren Een kopie van de huidige pagina opslaan
    Een pagina in cache bekijken terwijl u geen verbinding hebt
    Instellingen voor cachegeheugen aanpassen
    Een webpagina naar een document kopiëren


    Een kopie van de huidige pagina opslaan

    U kunt webpagina's opslaan en deze later bekijken wanneer u geen verbinding met het Internet of het intranet hebt, zonder cachegeheugen te gebruiken.

    1. Selecteer Bestand > Opslaan als.
    2. Geef een locatie voor de map op en geef het bestand een naam.

    Opmerkingen

    Zie ook
    Een pagina in cache bekijken terwijl u geen verbinding hebt


    Een pagina in cache bekijken terwijl u geen verbinding hebt

    Wanneer u pagina's op het Internet bekijkt, worden deze opgeslagen in de map Tijdelijke Internet-bestanden in Deze computer. Bladeren door pagina's in cache is sneller dan terugkeren naar de Internet-sites.

    1. Voordat u de verbinding verbreekt, selecteert u Bestand > Off line werken.
    2. Nadat u de verbinding hebt verbroken, selecteert u Ga naar > Geschiedenis.
    3. Selecteer de pagina die u wilt bekijken.

    Opmerkingen

    Zie ook
    Instellingen voor cachegeheugen aanpassen


    Instellingen voor cachegeheugen aanpassen

    Standaard bestaat het cachegeheugen van Pocket Internet Explorer uit tien procent van de totale geheugenopslag van het apparaat. Als u problemen hebt met geheugenopslag, probeert u dit te verhelpen door het cachegeheugen van Pocket Internet Explorer te wissen.

    1. Selecteer Beeld > Opties > tabblad Geavanceerd.
    2. Als u het gebruik van cachegeheugen (tijdelijke opslag) wilt toestaan, selecteert u Caching inschakelen.
      Let erop dat caching geheugen gebruikt.
    3. Verplaats de schuifknop Cachegrootte als u de opslagruimte voor caching wilt vergroten of verkleinen.
    4. Als u wilt dat de map wordt leeggemaakt wanneer u Pocket Internet Explorer sluit, selecteert u Cache leegmaken bij afsluiten.
    5. Als u de map onmiddellijk wilt leegmaken, selecteert u Cache nu leegmaken.
    Zie ook
    Cookies inschakelen
    Beveiligingsopties selecteren


    Een webpagina naar een document kopiëren
    1. Selecteer de gehele webpagina of een gedeelte van de webpagina die u wilt kopiëren.
    2. Selecteer Bewerken > Kopiëren.
    3. Ga naar het document waarin u de gegevens wilt plaatsen en selecteer de locatie.
    4. Selecteer Bewerken > Plakken.


    Beveiligingsfuncties gebruiken Beveiliging
    Beveiligingsopties selecteren


    Beveiliging

    Pocket Internet Explorer ondersteunt de beveiligingsprotocollen die door beveiligde sites worden gebruikt. Wanneer u een beveiligde site bezoekt, kunt u veilig persoonlijke gegevens verzenden. Als u wilt weten of een website beveiligd is, kijkt u of er een pictogram van een slot wordt weergegeven op de knop van Pocket Internet Explorer op de statusbalk.

    Zie ook
    Beveiligingsopties selecteren


    Beveiligingsopties selecteren
    1. Selecteer Beeld > Opties > tabblad Geavanceerd.
    2. Selecteer Beveiligingsinstellingen.
    3. Selecteer de gewenste beveiligingsprotocollen.
    Zie ook
    Verbinding maken met het Internet
    Cookies inschakelen


    Website is niet beveiligd

    De website die u wilt bezoeken, heeft geen certificaat en is niet beveiligd. Aan de hand van wat u weet over uw mobiele apparaat en deze website, moet u beslissen of u deze website wilt bezoeken. Als u deze website liever niet bezoekt, selecteert u Nee.

    Zie ook
    Beveiliging
    Beveiligingsopties selecteren


    De weergave van Pocket Internet Explorer wijzigen

    De lettergrootte wijzigen
    Een pagina in een nieuw venster weergeven
    De pagina aan het venster aanpassen
    De adresbalk weergeven of verbergen
    De standaardweergave van pagina's wijzigen


    De lettergrootte wijzigen Zie ook
    De standaardweergave van pagina's wijzigen


    Een pagina in een nieuw venster weergeven Zie ook
    De pagina aan het venster aanpassen


    De pagina aan het venster aanpassen Zie ook
    Een pagina in een nieuw venster weergeven
    De standaardweergave van pagina's wijzigen


    De adresbalk weergeven of verbergen

    De standaardweergave van pagina's wijzigen
    1. Selecteer Beeld > Opties > tabblad Vormgeving.
    2. Selecteer de gewenste opties.

    Opmerking Als u geheugen wilt sparen, schakelt u Figuren weergeven en Geluiden afspelen uit.

    Zie ook
    De lettergrootte wijzigen


    Belangrijke gegevens beveiligen

    Waarschijnlijk bewaart u waardevolle gegevens in uw apparatuur, zoals namen en telefoonnummers van belangrijke contactpersonen, creditcardnummers en vertrouwelijke documenten. Hier volgen een aantal manieren om uw belangrijke gegevens te beveiligen.



    Index

    Adresbalk, weergeven en verbergen
    bekijken, webpagina's
    bestanden, bekijken als een lijst
    bestanden, bekijken als pictogrammen
    bestanden, verzenden via infrarood
    beveiligen, gegevens
    beveiligingsopties
    broncode, bekijken
    bureaubladsnelkoppelingen
    cachegeheugen, bekijken
    cachegeheugen, instellingen aanpassen
    Context, menu
    cookies
    Favorieten, lijst
    Favorieten, opdracht
    Ga naar, menu
    geheugenkaart, gegevens verplaatsen naar
    Geschiedenis, opdracht
    Help, contextafhankelijk
    HTML-code, bekijken
    infrarood
    Internet-sites, favorieten
    Internet-sites, gaan naar
    Internet-sites, geschiedenis bekijken
    Internet-sites, zoeken
    Internet-verbinding
    Internet-verbinding, automatische
    Internet-verbinding, beveiligingsopties
    Internet-verbinding, proxyserver
    kopiëren, webpagina's
    lettergrootte
    lijsten, bestanden bekijken als
    map, maken
    map, toevoegen aan lijst met favorieten
    menu, schakelen naar
    pagina-eigenschappen
    pictogrammen, bestanden bekijken als
    pictogrammen, taakbalk
    programma's, starten
    proxyservers
    startpagina
    startpagina, instellingen
    stoppen, laden van een pagina
    taakbalkpictogrammen
    verbinding
    verbinding, automatische
    verbinding, beveiligingsopties
    verbinding, proxyserver
    Vernieuwen, opdracht
    Volgende, opdracht van Pocket Internet Explorer
    Volgende, opdracht van Windows Explorer
    Vorige, opdracht van Pocket Internet Explorer
    Vorige, opdracht van Windows Verkenner
    webpagina's, bekijken
    webpagina's, eigenschappen
    webpagina's, kopiëren naar een document
    webpagina's, opslaan
    webpagina's, pagina's in cache bekijken
    webpagina's, stoppen met laden
    webpagina's, vernieuwen
    webpagina's, vormgeving
    webpagina's, weergeven in een nieuw venster
    werkbalk, schakelen naar
    zoeken, instellingen
    zoeken naar Internet-sites


    Dialoogvenster Opslaan als

    Bovenliggende map
    Hiermee gaat u omhoog in de mapstructuur.

    Nieuwe map maken
    Voer de gewenste naam in.

    Lijst
    Hiermee geeft u mappen en bestanden als pictogrammen weer.

    Details
    Hiermee geeft u mappen en bestanden in een lijst weer en worden bestandsdetails weergegeven, zoals de grootte, het type en de datum waarop het bestand het laatst is gewijzigd.

    Naam
    Typ een naam voor het bestand. De naam kan een pad bevatten. U kunt bijvoorbeeld een bestand met de naam "MijnBestand" opslaan naar "My Documents" door \My Documents\MijnBestand te typen.

    Type
    Selecteer het bestandstype voor het bestand dat u opslaat. De beschikbare typen zijn afhankelijk van het programma dat u gebruikt.



    Dialoogvenster Afdrukken

    Opmerking De beschikbare opties zijn afhankelijk van het programma dat u gebruikt. Sommige opties zijn niet zichtbaar of zijn uitgeschakeld in bepaalde programma's. Zie de Help-bestanden van de afzonderlijke programma's voor meer informatie over speciale afdrukfuncties.

    Printer
    Geeft een lijst met beschikbare printers weer. De printer die u selecteert, blijft de standaardprinter totdat u deze wijzigt.

    Poort
    Geeft een lijst met beschikbare printerpoorten weer.

    Netpad
    Wanneer u Netwerk hebt geselecteerd in de lijst Poort, voert u het pad naar de netwerkprinter in.

    Papiergrootte
    Geeft een lijst met de beschikbare papiergrootten weer.

    Conceptmodus
    Hiermee kunt u een document afdrukken met een lagere resolutie. Dit is gewoonlijk sneller.
    Deze optie hoeft niet beschikbaar te zijn voor de geselecteerde printer.

    Kleur
    Hiermee drukt u af in kleur.

    Afdrukbereik
    Hiermee geeft u aan of het gehele document of alleen het geselecteerde gedeelte wordt afgedrukt.

    Afdrukstand
    Hier kunt u Staand of Liggend opgeven.

    Marges
    Hiermee herstelt u de marges.



    Dialoogvenster Bladeren

    Bovenliggende map
    Hiermee gaat u omhoog in de mapstructuur.

    Nieuwe map maken
    Hiermee maakt u een nieuwe map. Voer de gewenste naam in.

    Lijst
    Hiermee geeft u mappen en bestanden als pictogrammen weer.

    Details
    Hiermee geeft u mappen en bestanden in een lijst weer en worden bestandsdetails weergegeven, zoals de grootte, het type en de datum waarop het bestand het laatst is gewijzigd.

    Naam
    Hier wordt de naam van de geselecteerde map of het geselecteerde bestand weergegeven.

    Type
    Selecteer het bestandstype dat u wilt weergeven. Als u alle bestanden in de huidige map wilt weergeven, selecteert u Alle documenten (*.*).



    Dialoogvenster Kleur

    Basiskleuren
    Hier worden de beschikbare basiskleuren weergegeven. Als u een aangepaste kleur wilt definiëren, selecteert u de basiskleur die er het meest op lijkt en selecteert u vervolgens Definiëren.

    Aangepaste kleuren
    Hiermee geeft u alle aangepaste kleuren weer die u hebt gedefinieerd.
    Als u de instellingen voor een aangepaste kleur wilt wijzigen, klikt u op een vak met een aangepaste kleur en selecteert u vervolgens een andere kleur.
    Als u een nieuwe aangepaste kleur wilt definiëren, klikt u op een leeg vak, selecteert u een andere kleur en selecteert u vervolgens Toevoegen aan kleuren.

    Definiëren
    Hiermee definieert u een aangepaste kleur. Als deze optie niet beschikbaar is, bekijkt u de aangepaste kleuren al.
    Als u een aangepaste kleur wilt definiëren, maakt u een selectie in de kleurenmatrix of selecteert u de kleur met de instellingen voor tint, intensiteit en helderheid van de definities voor rood, groen en blauw.

    Toevoegen aan kleuren
    Hiermee voegt u de gedefinieerde kleur toe.

    Kleur/Effen
    Links in dit vak wordt de hoeveelheid wit en zwart in de huidige kleur weergegeven. Rechts in dit vak wordt 100% van de kleur zonder wit en zwart weergegeven. Gebruik de schuifknop rechts als u de instelling wilt aanpassen.
    Als u 100% kleur zonder wit of zwart wilt selecteren, typt u ALT+O.
    Als u de kleur wilt wijzigen, wijzigt u de waarden die hierna worden beschreven. Of experimenteer met selecteren en slepen naar de kleurenmatrix.

    Tint
    De waarde van een kleurenwiel. Rood = 0, Geel = 60, Groen = 120, Cyaan = 180, Magenta = 200 en Blauw = 240.

    Intensiteit
    De hoeveelheid kleur in een bepaalde tint, maximaal 240.

    Helderheid
    De helderheid van de kleur. Als u de helderheid wijzigt, veranderen de waarden voor rood, groen en blauw.

    Rood
    De hoeveelheid rood in de geselecteerde kleur.

    Groen
    De hoeveelheid groen in de geselecteerde kleur.

    Blauw
    De hoeveelheid blauw in de geselecteerde kleur.



    Dialoogvenster Lettertype

    Opmerking De beschikbare opties zijn afhankelijk van het programma dat u gebruikt. Sommige opties zijn niet zichtbaar of zijn uitgeschakeld in bepaalde programma's.

    Lettertype
    Hier wordt het huidige lettertype weergegeven. Als u een ander lettertype wilt gebruiken, selecteert u de pijl en selecteert u het gewenste lettertype in de lijst.

    Grootte
    Hier wordt de huidige grootte weergegeven. Als u een andere grootte wilt gebruiken, selecteert u de pijl en selecteert u de gewenste grootte in de lijst.

    Tekenstijl
    Hiermee maakt u tekst op: vet, cursief, onderstreept of een combinatie van deze mogelijkheden.

    Kleur
    Hier wordt de huidige kleur weergegeven als de apparatuur kleur ondersteunt. Als u een andere kleur wilt gebruiken, selecteert u de pijl en selecteert u de gewenste kleur in de lijst.

    Voorbeeld
    Hier wordt de tekst weergegeven met de geselecteerde opties.

    Standaard toepassen
    Hiermee herstelt u de standaardopmaak en overschrijft u alle wijzigingen die u hebt aangebracht.

    Als standaard instellen
    De huidige instellingen worden als standaardinstellingen voor het opmaken van tekst gebruikt en worden toegepast op nieuwe documenten die u maakt.



    Dialoogvenster Openen

    Bovenliggende map
    Hiermee gaat u omhoog in de mapstructuur.

    Nieuwe map maken
    Hiermee maakt u een nieuwe map. Voer de gewenste naam in.

    Lijst
    Hiermee geeft u mappen en bestanden als pictogrammen weer.

    Details
    Hiermee geeft u mappen en bestanden in een lijst weer en worden bestandsdetails weergegeven, zoals de grootte, het type en de datum waarop het bestand het laatst is gewijzigd.

    Naam
    Hier wordt de naam van de geselecteerde map of het geselecteerde bestand weergegeven.

    Type
    Selecteer het bestandstype dat u wilt weergeven. Als u alle bestanden in de huidige map wilt weergeven, selecteert u Alle documenten (*.*).



    Een wachtwoord instellen voor een bestand
    1. Selecteer Bestand > Wachtwoord.
    2. Typ en bevestig het wachtwoord.
    3. U moet het bestand opslaan (Bestand > Opslaan) als u het wachtwoord wilt behouden.

    Opmerking U kunt bestanden die met een wachtwoord zijn beveiligd niet synchroniseren. U moet de wachtwoordbeveiliging verwijderen uit het desbetreffende programma op uw pc of apparatuur en vervolgens synchroniseren. Na de synchronisatie kunt u de wachtwoordbeveiliging opnieuw instellen.